Andrzej Dabrowka; Andrzej Dabrówka; Andrzej Dąbrówka
ACTIVITEITEN NEERLANDISTIEK 1975-2004
Hoe zal het aflopen? Het is
al afgelopen. [zie einde van deze pagina]
letterkundig
I. geschreven (1200 pp.):
1. boeken
- 1991 Amsterdam, Wiedza Powszechna, Warszawa
1994, 156 pp.
- 1999 Słownik pisarzy niderlandzkiego obszaru kulturowego
(flamandzkich i holenderskich, nowołacińskich, surinamskich, afrykanerskich
i fryzyjskich) [Lexicon voor schrijvers uit het Nederlandse
cultuurgebied - 1345 lemmata: Zuid- en Noordnederlands, Neolatijns-nederlands,
Surinaams, Afrikaans en Fries; 4900 titels genoemd, 2200 titels in de bibliografie,],
604 pp., Wiedza Powszechna, Warszawa.
2. inleidingen in boeken - 150 pp.
- 1978 bij de gedichtenbundel
Biały rewolwer van Snoek
- 1980 bij de gedichtenbundel
Cały czas van Breytenbach
- 1980 bij de Pallieter
Timmermans
- 1984 [verschijnt nooit???!!!]
nawoord en volkskundig commentaar bij de Nederlandse volkssprookjes
- 1986 bij de gedichtenbundel
Szkoła Amsterdamska van Lucebert
- 1987 bij de gedichtenbundel
Poezje wybrane van Paul van Ostaijen
- 1990 bij Rachatłukum[Turks
fruit] van Wolkers
- 1992 bij de gedichtenbundel
Wybór poezji van Kopland
- 1994 bij de Ciemnia
Damoklesa [De donkere kamer van Damokles] van W.F. Hermans
3. artikels - 175 pp. over modern Nederlands
proza, poëzie, drama; interviews, o.a. met Willem Frederik Hermans
- vaste medewerking aan ONS
ERFDEEL (1984-2000): 1984.3:375-384, 1987.2, 1987.4
- TWÓRCZOŚĆ 1977.8:98-105
- DIALOG 1977.12:105-109
- LITERATURA NA ŚWIECIE 1977.7:326-333;
1978.7:245-271 en 272-284; 1995.8/9
- KRESY 1996.4
- WIELKA ENCYKLOPEDIA POWSZECHNA PWN
(2001-2004) - lemmata voor de afdeling Theater van de Nederlanden:
- personen: Bouwmeester, Louis; Dalsum,
Albert van; Gruyter, Jan Oscar de; Iersel, Kees van; Rijnders, Gerardjan;
Royaards, Willem; Sonneveld, Wim; Verkade, Eduard Rutger; Wijdeveld, Hendricus
Theodorus
- theaters: Koninklijke Nederlandse Schouwburg;
Koninklijke Schouwburg; Nederlandsch Tooneel;
niderlandzki teatr; rederijkerzy (ndl. rederijkers); Stadsschouwburg, Amsterdamse;
Vlaamse Volkstoneel, Het; Werkteater;
II. vertaald (2500 pp.)
1. Acht toneelstukken (1975-1988) - ca 430
pp.
- 3 van Claus, Mama, kijk,
zonder handen; Pas de deux; De getuigen.
- 3 van Frenkel Frank, Spiegels;
Bedden; Augustus.
- Herman Lutgerink -- De
babyfoon
- Louisa Treves -- De
brief van Don Juan
- Ongepubliceerde fragmenten
van Als de dood, door Het Werktheater
2. Vijf bundels poezie (1978-1992) - 300
pp.
- Snoek,
- Breytenbach,
- Lucebert,
- Van Ostaijen,
- Kopland
3. Zes prozaboeken (1980-1994) - 1800 pp.
- Nescio,
- Timmermans,
- Van de Wetering,
- Wolkers,
- Hermans,
-
Nederlandse volkssprookjes (120 Vlaamse, Noordnederlandse en Friese magische
sprookjes)
4. Vertaalbijdragen aan bloemlezingen, tijdschriften,
voor de radio etc. (1975-1996)
- Znad Skaldy i Mozy,
1983 (drie verhalen: Van Ostaijen, Michiels, Snoek)
- - TWÓRCZOŚĆ 1977.8:98-105
(Breytenbach)
- - DIALOG 1977.12:105-109
(Lutgerink, Frenkel Frank)
- - LITERATURA NA ŚWIECIE 1976.3
(diverse schrijvers); 1978.7:245-271 (Wolkers) en 272-284 (diverse dichters);
- - KRESY 1996.4 - 6 dichters:
Achterberg, Gerhardt, Van Deel, Faverey, Nolens, Tellegen.
wetenschappelijk
III. Proefschrift
Untersuchungen über die mittelniederländischen
Abele Spelen (Herkunft - Stil - Motive). Warszawa, 1990; 460 pp.
IV. Artikels: (300 pp.)
1. Słownik języka niderlandzkiego.
[rec. van: N.Mertens & E.Morciniec - Mały słownik holendersko- polski
i polsko-holenderski. Klein woordenboek Nederlands-Pools, Pools-Nederlands]
In: NOWE KSIĄŻKI 1978.22
2. Paul van Ostaijens theorie
van de zuivere lyriek semiotisch geinterpreteerd. In: NEERLANDICA WRATISLAVIENSIA
I.1983:83-97
3. Distributionsanalyse und
Parameterstatistik als Instrumente der Philologie. In: LEUVENSE BIJDRAGEN
1988.3:285-299
4. Die Textüberlieferung der
Abele Spelen und der Sotternien. In: NEERLANDICA WRATISLAVIENSIA 1989.IV:7-46
5. Epoche, Gattung, individueller
Wert. Zur empirischen Stilgeschichte des mittelniederländischen Dramas. In:
ZAGADNIENIA RODZAJOW LITERACKICH 1990.XXXIII:27-53.
6. Die Eigennamen in den Abele
Spelen und den Sotternien. In: NEERLANDICA WRATISLAVIENSIA 1991.V:19-46
7. Frühestes weltliches Theaterrepertoire
in den Niederlanden. In: ACTA PHILOLOGICA XX:1991:65-98
8. Abele spelen. [20 pp. in
de rubriek Bouwstoffen voor een lexicon van literaire genres]. In: ZAGADNIENIA
RODZAJOW LITERACKICH 1992.XXXV:147-153 [in het Pools]
9. Symbool en teken in de middeleeuwse
media. In: Handelingen Regionaal Colloquium Neerlandicum, 11-15 mei 1993.
Wrocław 1994:81-86
10. Quando
sagittari sagittaverunt papegay. Der Medienstreit im mittelniederländischen
Theater betrieb. In: NEERLANDICA WRATISLAVIENSIA 1994.VII:77-96
11. Symbool en teken in de
middeleeuwse media (vroomheidsvormen en de culturele betekenis van de broederschappen)
In: De Nieuwe taalgids 1995 LXXXVIII.4:289-306
12. -. Ontologisch
interpretatiekader voor het middeleeuwse drama. Ref. 7. Internasionale
Kongres vir Neerlandistiek, Durban 4.-7. Aug. 1993. In: Tydskrif vir Nederlands
en Afrikaans, 1995.2:7-18
13. Recensie van het proefschrift
van J.J.M. Beckers, Een boek voor alle tijden, Amsterdam 1993. In: Spiegel
der letteren 1995.4.
14. De
Neidhartspiele en het abel spel Vanden Winter ende vanden Somer op een solre
te Arnhem rond 1400 opgevoerd? In: Studien zur deutschen und niederländischen
Sprache und Kultur. Festschrift für Jan Czochralski; Warszawa 1996.
15. [Rec. van:] F.P. van Oostrom,
W. van Anrooij (red.) Grote lijnen. Syntheses over Middelnederlandse letterkunde,
1995; In: Millennium, 1997.
Voor latere wetenschappelijke publicaties zie hier.
didactisch
V. cursussen
- - taalverwerving Nederlands,
sinds 1977;
- - moderne ndl. taalkunde:
1980, 1985;
- - historische ndl. taalkunde:
1981, 1987, 1991;
- - historische ndl. letterkunde:
1981, 1986, 1992;
- - vertaalworkshop Nederlands-Pools:
1988; 1993 (Amsterdam)
- - moderne ndl. letterkunde:
1991, 1994
- - scriptiebegeleiding:
- Esthetische en literaire waarden
van paraliteraire genres: 1991-1993;
- Religieuze factoren in de
Nederlandse en Vlaamse nationale identiteit, 1996-8.
- - specialisatiecolleges:
- Functie van het genre in de
literatuur: 1991;
- Moderne theorieen van literaire
genres: 1992;
- Cultuur zonder godsdienst:
1994;
- De rol van de godsdienst
in de literatuurgeschiedenis, 1996-8
VI. lezingen
- Het Afrikaans in taalkundig-typologisch
opzicht - 10 colleges voor de Werkgroep Algemene Talkunde (Fac. Polonistiek,
Univ. Warschau), 1988
- Naoorloogse Nederlandse poezie,
Kłodzko 1987
- Vertalen in het Europa van
de buren, Orde van den Prince, 1994, naar aanleiding van het bezoek aan
Warschau van Willem Frederik Hermans
- Hugo Claus, inleiding bij
zijn auteursavond, nov. 1994, Univ. Warschau
- Anton van Wilderode, inleiding
bij zijn auteursavond, mei 1995, Univ. Warschau
- Rutger Kopland, inleiding
en voordracht tijdens zijn poezieavond op 16 nov. 1996, Univ. Warschau
- Het literaire leven van de
Cobra-generatie. De lyriek van Lucebert en van de Vijftigers; tijdens een
seminaar naar aanleiding van de grote Cobra-tentoonstelling in Warschau,
gal. Zachęta, 1.03.1997.
Wat is er eigenlijk gebeurd?
Sinds 1994 ben ik niet meer in Nederland of Belgie geweest. Ik heb
mijn habilitatie-boek daar niet mogen schrijven. Mijn voorstel dus om mijn
werkcontract met de Universiteit van Warschau niet te verlengen, werd zonder
meer goedgekeurd en op 30 sept. 2000 ging ik weg. Het zou absurd zijn om
voor hoogleraar Nederlandse letterkunde te solliciteren en in feite een
persona non grata in Nederland te zijn. Mijn vertalersactiviteiten werden
ook niet gewaardeerd, dus heb ik er afscheid van genomen (1997), en alle
contacten met uitgevers op dit gebied verbroken.
Vanaf 1 februari 2001 ben ik aangesteld door het Instituut voor Literair
Onderzoek van de Poolse Academie van de Wetenschappen te Warschau, Werkgroep
Middeleeuwse Letterkunde, op 30 october 2001 werd mijn habilitatie aanvaard,
op grond van een theoretisch boek over de relaties tussen de vroomheidsvormen
en middeleeuwse dramagenres ("Theater en het heilige in de middeleeuwen",
hier de Engelse samenvatting).
Ik ben intensief bezig om een nieuw beroep te leren (Middellatijnse en Oudpoolse
letterkunde).